Ik moet toegeven, ik ben best een beetje verslaafd aan koffie. Als de dag van gisteren herinner ik me bij de koffieautomaat nog de woorden van een collega, een kleine pittige en beetje belerende psychiater: ‘zelfs bij gebruik van 1 kopje koffie per dag kan je al verslaafd raken en onthoudingsverschijnselen krijgen de volgende dag.’ Nou, u zult begrijpen, de lol was er wel een beetje af. Desondanks was mijn drang naar cafeïne groter dan mijn schuldgevoel, maar haar zware woorden over mijn genotsmiddel zijn toch wel ergens blijven hangen.
Zoals u ziet in mijn eerste zin, wordt het woord verslaving als snel in de mond genomen. Maar wanneer is iemand nou eigenlijk echt verslaafd? Volgens de DSM-V, het diagnostisch en statistisch handboek van psychiatrische aandoeningen, valt het gelukkig wel mee met mijn verslaving. Er zijn 11 criteria opgesteld, waarbij de diagnose kan variëren van een milde tot een ernstige stoornis in de afhankelijkheid van middelen (of gokken, gamen, seks, et cetera). Ik voldoe met mijn koffiegedrag aan twee criteria: ik heb een tolerantie opgebouwd en ik krijg (soort van) onthoudingsverschijnselen als ik geen koffie drink. Nou, valt dat even mee! Andere mogelijke criteria zijn onder andere problemen op werk en relaties door het gebruik en doorgaan met het gebruik ondanks de lichamelijke en/of psychische problemen die het met zich meebrengt. Voor dit laatste criterium is cannabis een duidelijk voorbeeld. Uit tal van studies blijkt namelijk dat cannabis een risicofactor is voor onder andere schizofrenie en angststoornissen.
Statistieken
In 2013 is er grootschalig onderzoek gedaan naar middelengebruik in Suriname, waarbij 2507 huishoudens een vragenlijst hebben ingevuld. Hieruit bleek dat alcohol het meest problematische middel in het land is, gevolgd door marihuana en kalmeringsmiddelen (al dan niet voorgeschreven door huisartsen). Het grootste percentage alcohol- en marihuanagebruik vindt plaats in het binnenland van Suriname. Qua bevolkingsgroepen scoren Creolen en Hindoestanen het hoogst op middelengebruik. Nu blijken er wereldwijd tussen bevolkingsgroepen verschillen te zitten in verslaving. Zo is er onder de Chinese bevolkingsgroep een hoog percentage van problematisch gokken (Po Oei & Raylu, 2007). In indiaanreservaten in Amerika is het problematisch alcoholgebruik hoger dan bij de controlegroep (Spillane & Smith, 2007). Zijn we dan gedoemd om verslaafd te zijn als we tot een bepaalde bevolkingsgroep horen?
Rat Park
Het experiment Rat Park leidde tot een ander idee over verslaving. Professor Alexander deed een rat in een saaie kooi met twee flesjes, de één gevuld met water en het andere flesje bevatte water met heroïne. De rat koos voor het laatste flesje en overleed snel aan een overdosis. Vervolgens maakte de professor het geweldige Rat Park; de droom van iedere rat. Er zaten meerdere ratten in Rat Park, ze hadden genoeg ruimte en heel veel speelmogelijkheden, er was veel eten en ze konden seks hebben wanneer ze er zin in hadden. Ook hier hadden de ratten de keuze uit de twee flesjes, en het gros koos voor water. Hierdoor was de hypothese van de professor bevestigd dat omgeving de dienst uitmaakt bij verslaving.
Een betere wereld
Nu is er ontzettend veel onderzoek gedaan naar verslaving en risicofactoren en kan er van alles meespelen: opvoeding, verslavingsgevoeligheid, normen en waarden, geloof, opleidingsniveau, genetisch, cultuur en dergelijke. Zeer waarschijnlijk is het een combinatie van alle factoren, waarbij de kans op verslaving bij de één groter zal zijn dan bij de ander. De oplossing van professor Alexander lijkt mij in ieder geval wel wat; de wereld maken tot één grote happy place! Zou ik dan ook geen koffie meer drinken?
Recente reacties